Deel I: correspondentie van februari 1831 tot januari 1841. (zonder paginering). - 25 cm.
Deel II: correspondentie van januari 1841 tot juni 1841. (zonder paginering). - 25 cm.
Deel III: correspondentie van dec. 1940 tot april 1843. - zonder paginering. - 32 cm.
Rijk voerde als Kapt.luit ter zee het bevel over het korvet Nehalennia, werd op 1 april 1831 bevorderd tot kapt. ter zee en m.i.v. 16 juli van hetzelfde jaar benoemd tot commandant van Z.M. linieschip de Zeeuw. Na sedert tot 1 april 1835 militair commandant te zijn geweest van het Koninklijk Instituut voor de Marine te Medemblik, werd hij op 27 november 1838 benoemd tot Gouverneur Generaal der Nederlandsche West-Indische bezittingen onder toekenning van de rang van Schout bij Nacht. Op 1 januari 1842 aanvaardde hij de functie van Directeur generaal van Marine. In bovengenoemd tijdvak voerde de zeeofficier J.C. Rijk als kapt.luit.t/zee het bevel over Z.M. korvet Nehalennia, werd op 1 April 1831 bevorderd tot kapt.t/zee en m.i.v. 16 Juli van hetzelfde jaar benoemd tot commandant van Z.M. linieschip Zeeuw. Na sedert 1 April 1835 militair commandant te zijn geweest van het Koninklijk Instituut voor de Marine te Medemblik, werd hij op 27 November 1838 benoemd tot Gouverneur Generaal der Nederlandsche West-Indische bezittingen onder toekenning van de rang van Schout bij Nacht. Op 1 Januari 1842 aanvaardde hij de functie van Directeur Generaal van Marine